Logisch van VANG naar Circulariteit
Gemeenten zijn ambitieus aan de slag met de ambitieuze doelstelling van het Rijksprogramma Van Afval Naar Grondstof. De hoeveelheid restafval dient gereduceerd te worden. Initiatieven als 100-100-100 en omgekeerd inzamelen krijgen steeds meer gehoor. Er worden prijzenswaardige reducties gerapporteerd door enthousiaste burgers en gemeentelijke inzamelbedrijven.
Met gescheiden inzameling heb je echter nog geen recycling. Het inzamelen is slechts één klein radertje in de recyclingmotor van de circulaire economie. Nu het VANG-programma naar versie 2.0 gaat en wordt omgevormd tot een circulair programma zullen er aanvullende doelstellingen geformuleerd moeten worden. Hierbij wat logische overpeinzingen:
Het lijkt logisch dat als je 65 of 75 procent wilt recyclen, dat je als overheid voor die productgroepen ook 65 procent respectievelijk 75 procent secundair inkoopt. Dat wil zeggen dat als je nieuwe producten inkoopt deze (voor een groot deel) uit secundaire grondstoffen bestaan. Anders zadel je iemand anders op met de uitdaging een tweede leven te vinden voor de grondstoffen uit jouw afval.
Het lijkt ook logisch om van een recycler geen negentig procent recycling te verwachten als je jezelf permitteert om een meer dan tien procent vervuilde stroom bij de recycler aan te leveren. Ik kan me dan ook voorstellen dat er doelstellingen komen om de hoeveelheid vervuiling in de recyclingstromen te beperken.
Het lijkt daarnaast ook logisch om te kijken op welke manier afvalstromen tot grondstoffen worden gemaakt. En welke inzamelvorm sluit milieutechnisch en economisch het beste aan om het ketenrendement te optimaliseren. Bijvoorbeeld het gezamenlijk inzamelen van luiers bij het gft-afval is wellicht goedkoper voor de inzameling en leidt uiteraard tot meer gescheiden inzameling, maar vervolgens gaat het fout. De composteerder haalt de luiers eruit en laat die verwerken in een afvalenergiecentrale. De compost is bovendien van mindere kwaliteit.
Een ander voorbeeld! Steeds meer gemeenten gaan over om blik in te zamelen met plastic en drankenkartons. Consumenten proppen enthousiast hun blikjes op het aanrecht vol met kunststof en stoppen die in de Plastic Heroes-zak. Sorteerders sorteren de blikjes uit en het blijkt dat de blikjes minder waard zijn dan toen ze uit de bodemas van de afvalenergiecentrale werden teruggewonnen. De verwerking is duurder geworden met een laagwaardiger product.
Nu dreigt er nog een voorbeeld te ontstaan. Sommige gemeenten overwegen de gf- en de t-fractie apart in te gaan zamelen. De verwerking hiervan zou goedkoper zijn. Als eigenaar van zeven composteringsinstallaties met allerlei verschillende technieken weet Attero dat het composteren van de gf-fractie zonder het structuurmateriaal T niet goed werkt en het onmogelijk maakt om naar hoogwaardigere producten uit gft-afval te komen, zoals bijvoorbeeld Attero’s nieuwste innovatie, de biosubstraat grondstof. Bij gescheiden inzameling van gf en t zullen de ketenkosten ook hier hoger liggen met een laagwaardiger product.
Om van VANG naar Circulariteit te komen moeten alle partijen hun handen uitsteken en ineen slaan om de keten te sluiten. Attero zelf, gemeenten, producenten en adviesbureaus. Om samen te leren en verbeteren. Bij het inzamelen op kwantiteit én kwaliteit, bij het optimaal verwerken tot grondstoffen en producten, en bij het inkopen van producten met secundaire grondstoffen. Logisch toch?